Adriaan Viruly 1905-1986 


Terug naar de beginpaginaDoor naar de volgende pagina 

Een korte biografie van Adriaan Viruly

Hoewel hij bepaald veel over zichzelf heeft geschreven, is het wonderlijk genoeg bepaald nog niet eenvoudig biografische informatie over Adriaan Viruly te verzamelen. Dat heeft enerzijds te maken met het feit dat hij in veel van zijn verhalen weliswaar fragmenten van zijn leven beschrijft, maar dat de samenhang daartussen en de grote lijnen soms onderbelicht blijven, althans voor diegenen die ook daar graag meer over zouden willen weten. Anderzijds is het vaak moeilijk te beoordelen of, en zo ja waar, Viruly de grens tussen werkelijkheid en fantasie passeert.

Viruly zelf geeft daarvan een mooi voorbeeld in zijn boek Mannen. Hij schrijft hier over zijn brief aan Willem van Veenendaal, die tevens bedoeld was als voorwoord bij diens boek Cockpit.

Op 15 augustus 1934 zat ik aan een cafétafeltje op de Place du Tertre een lange brief aan Willem van Veenendaal te schrijven.(...)
Die brief zou ik meegeven met de Franse vlieger Jussieux, die om twee uur in de nacht de mail naar Budapest zou vliegen, waar hij onze "Snip" zou treffen op doorreis naar Batavia en mijn brief overhandigen. De Snip zou over drie dagen in Djask een nachtstop hebben en daar Willem ontmoeten als die op zijn thuisvlucht van Batavia naar Amsterdam was.(...)
Een kleurrijke inleiding, die een boeiend beeld ophing van onze zo interessante verkeersvliegerswereld van 1934: Montmartre... nachtvlucht naar Budapest,... aansluiting Snip... de kust van Perzië... Maar wat was daar nu van wáár? Ik herinner me dat zeer goed: waar was alleen de warmte van het Willem toegeroepen welkom. In feite had ik die brief gewoon thuis zitten schrijven om hem de volgende ochtend in zijn pilotenkamerbus te stoppen. De rest was gewoon gelogen, of gefantaseerd zoals anderen zeggen, of gecreëerd volgens nóg anderen.
Over sommige gegevens bestaat gelukkig wel voldoende duidelijkheid. Zo kunnen we bijvoorbeeld Viruly op zijn woord geloven als hij beweert dat hij op 5 januari 1905 in Breda geboren werd, als zoon van Jan Dionijs Virulij, ambtenaar ter gemeentesecretarie, en Teuntje Antoinette Butner. In 1913 verhuisde het gezin Viruly naar het Zeeuwse Westkapelle, toen zijn vader daar tot burgemeester werd benoemd.

Viruly ging in 1917 naar de HBS, eerst in Middelburg, later in Den Haag. Na zijn eindexamen in 1922, studeerde hij enige tijd aan de toenmalige Handelshogeschool in Rotterdam. Als amateur-wielrenner maakte hij kennis met de luchtvaart, doordat het honorarium van De Telegraaf voor zijn verslag van een wielerwedstrijd in het Brusselse Palais des Sports dermate hoog uitviel dat hij zich terug naar huis per vliegtuig kon laten verplaatsen. Later versloeg hij voor het blad Sport-Echo een proefvlucht met de Koolhoven FK 33 "Dikke Dirk", het eerste driemotorige passagiersvliegtuig van de KLM, waarbij na de start een wiel losliet maar de noodlanding gelukkig goed bleek af te lopen.

In 1925 brak hij zijn studie af en moest de dienst in. Viruly meldde zich te Soesterberg, waar de Militaire Luchtvaartafdeeling was gevestigd. Na zijn opleiding tot reserve luitenant-waarnemer werd hij leerling-vlieger. Hij haalde in 1927 zijn Groot Militair Brevet en werd aangesteld als reserve-eerste-luitenant-vlieger. In datzelfde jaar, op 21 april, trouwde hij met Dina Maria Tobia van Hattum. Ze kregen twee zoons en een dochter.

Na enkele jaren als militair vlieger actief te zijn geweest, begon de beperking dat er alleen boven Nederland gevlogen kon worden hem steeds meer tegen te staan. De nieuwe horizon van de verkeersluchtvaart lonkte.

Op 1 mei 1931 trad Viruly in dienst van de KLM. Al vrij snel volgde zijn eerste vlucht naar Indië. De Fokker F VIIb "Ooievaar" vertrok op 9 juli 1931 vanaf Schiphol, met Frijns als gezagvoerder en werktuigkundige Biesheuvel. Het was de eerste Indië-vlucht met een vierkoppige bemanning, waarbij de tweede piloot, hier dus Viruly, niet langer de radio zelf hoefde te bedienen, maar marconist Van Harmelen dit voor zijn rekening nam.


 De Fokker F-VIIb-3m PH-AFO "Ooievaar", waarmee Viruly zijn eerste Indië-vlucht maakte.


Viruly in april 1932, als co-piloot aan het stuurwiel van de KLM Fokker F-XII PH-AIH "Havik".


De DC-2 verdrong de Fokker F-XVIII van de Indië-route en in 1937 nam de Douglas DC-3 het stokje over.


Voorbereiding voor de Dingaansvlucht naar Zuid-Afrika. J.B. Scholte trad op als gezagvoerder, met Viruly als tweede vlieger, boordwerktuigkundige P. Dunk en telegrafist J.H. Pestman.

Naast een groot aantal vluchten naar Indië -hij werd in 1935 gezagvoerder op die lijn- maakte Viruly ook de eerste verkennende vlucht naar Zuid-Afrika, dat echter pas na de Tweede Wereldoorlog in het net van de KLM zou worden opgenomen.

Halverwege de jaren dertig werd de militair geschoolde Viruly een steeds overtuigder pacifist, zoals bleek uit het verschijnen van een aantal brochures als "Wij kunnen de oorlog uitbannen!" en "Ons land en het geweld." Overigens was Viruly niet zozeer voor de totale ontwapening, als wel voor instelling van een wereldpolitiemacht, die de internationale rechtsorde zou moeten handhaven. Dit alles leidde tot zijn verzoek om ontslag als reserve-officier, dat in juni 1936 werd verleend.

Het mocht helaas niet baten. Bij het uitbreken van de onvermijdelijke oorlog werd Schiphol gebombardeerd. Op 14 mei 1940 waren drie licht beschadigde vliegtuigen inmiddels weer gerepareerd en Viruly, Hondong en Van Veenendaal hadden besloten dat ze deze naar Engeland zouden vliegen. De motoren van Viruly's DC-2 draaiden al, toen bericht kwam dat de KLM-directie deze vlucht had verboden, omdat dat in tegenspraak was met de voorwaarden van de juist afgekondigde wapenstilstand. Viruly heeft er zich achteraf altijd enigszins voor gegeneerd dat ze dat dienstbevel indertijd niet gewoon aan hun laars hebben gelapt.

Overigens bereikte hij twee jaar later alsnog die overkant. De uit Zweden afkomstige KLM-vlieger Von Rosen lukte het om een uitreis-visum naar Zweden te krijgen, mede gezien het feit dat hij neef was van Göring's eerste vrouw Karin von Rosen. En-passant regelde hij ook een visum voor zijn goede vriend, de welbekende auteur Viruly, die immers graag een boek over Zweden wilde schrijven!

Via Zweden lukte het Viruly om naar Engeland te komen. Hij trad tijdelijk in dienst van de B.O.A.C., waar hij op de transatlantische route werd ingedeeld. De ervaring die hij, met andere KLM-vliegers als Van Dijk en Moll, daarbij opdeed was na de oorlog van groot belang bij de wederopbouw van de KLM. In 1944 werd hij chef-vlieger van de bekende KLM-luchtlijn van Bristol naar Lissabon, toen voorganger Parmentier naar Amerika vertrok om zich alvast te oriënteren op het vliegend materieel dat na de oorlog door de KLM gekocht zou moeten worden.


De duizendste vlucht van Bristol naar Lissabon werd gevierd met dit prachtige zoekplaatje onder de neus van de vooroorlogse KLM Douglas DC-3 PH-ARB "Buizerd", tijdens zijn diensttijd in Engeland geregisteerd als G-AGBD.

Overigens werd Viruly in het buitenland vergezeld door Henderika "Riekes" Groenhout, die hij voor de oorlog had leren kennen en met wie hij uiteindelijk op 15 april 1946 zou trouwen.

Na afloop van de Tweede Wereldoorlog maakte Viruly onder andere de openingsvlucht van de lijn op Paramaribo en Curaçao. Ook was hij betrokken bij de pendeldiplomatie van Graaf Bernadotte. Deze probeerde namens de Verenigde Naties een wapenstilstand tussen de Joden en de Arabieren tot stand te brengen, waarbij Viruly als gezagvoerder van een knalwitte Dakota hem door het Midden-Oosten rondvloog. Vlak nadat Viruly weer door de KLM was teruggeroepen, werd Bernadotte door fanatieke Joden doodgeschoten.


Per Skymaster naar Curacao. Op de foto links van Viruly de BWK's Akkerman en Biesheuvel, rechts naast hem vlieger Bak, de telegrafisten Strijker en Dik, vlieger Meyer en steward Korstelneye.


Nederland bouwt op! En nergens was dat beter zichtbaar dan op Schiphol. Publieke belangstelling voor de nieuwste aanwinst van de KLM in 1946, de Lockheed Constellation L-049 PH-TAV "Venlo".

In diezelfde tijd traden twee kinderen uit Viruly's eerste huwelijk zijdelings in de voetsporen van hun vader. Dochter Avyola trad in dienst bij de KLM, als "air-hostess". Overigens verzorgde ze vele jaren later, in 1982, eveneens in de familietraditie, een vertaling van Arthur Hailey's Flight into Danger voor Elsevier. Een zoon van Viruly werkte na de oorlog in een grondfunctie op Schiphol.

Door een reeks toevalligheden was Viruly de aangewezen man om, in een serie boeken over het moderne toneel, het deel Mary Dresselhuys voor zijn rekening te nemen. Al snel na de kennismaking bleek dat hij dat boek voorlopig nog niet uit zou hebben. In 1950 gingen Viruly en Dresselhuys samenwonen.

In 1953 werd Viruly tot commodore benoemd, een ere-titel die een aantal andere pioniers als Jan Moll en "Fiets" van Messel ook mochten voeren maar die de KLM al lange tijd niet meer toekent. Zijn bemoeienis met de opbouw van het net naar Amerika leidde eveneens in 1953 tot zijn aanstelling als chef van de Noordatlantische route.


De Lockheed Super-Constellation L-1049 bij de KLM. Het was het laatste type dat Viruly vloog en ook de KLM sloot er een tijdperk mee af. De straalmotor zou, begin jaren zestig, in korte tijd de zuigermotor geheel verdringen.

Viruly was op 5 september 1954 gezagvoerder van de Lockheed Super-Constellation "Triton", die, op weg naar New York, zeer kort na vertrek van het vliegveld nabij het Ierse Shannon neerstortte. Het vliegtuig kwam terecht op een modderbank in de monding van de rivier de Shannon, die ter plaatse enkele kilometers breed is. De geheel gevulde romptank van de Lockheed scheurde open, waardoor de passagierscabine zich vulde met benzinedampen waarin drie bemanningsleden en tweeëntwintig passagiers stikten. Nog drie passagiers kwamen door andere oorzaken om het leven.

Conclusie van het ongevalsonderzoek was dat hierbij technische én menselijke fouten een rol hadden gespeeld, een conclusie die Viruly overigens van de hand wees. Naar zijn mening was het, vanwege de snelheid waarmee de gebeurtenissen zich hadden afgespeeld, niet mogelijk geweest nog adequaat in te grijpen.

Op 1 september 1955 nam Viruly afscheid van de KLM. Na een dienstverband van bijna 25 jaar, met zo'n twintigduizend vlieguren en vele miljoenen kilometers achter zich, ging hij met pensioen, wegens het bereiken van de vijftigjarige leeftijd.

Eerder datzelfde jaar, op 15 maart, besloten Mary Dresselhuys en hij hun relatie een officieel karakter te geven door in het huwelijk te treden.

Zijn pacifisme kwam, eveneens in 1955, opnieuw sterk naar voren, toen hij met een aantal andere schrijvers protesteerde tegen de Duitse herbewapening. Ook keerde hij zich fel tegen de nucleaire wapenwedloop. Later nam hij afstand van vredesacties, omdat deze naar zijn smaak teveel door linkse ideologieën werden beïnvloed.

Het lijkt alsof met Viruly's vertrek uit de wereld van de vliegerij ook zijn schrijverschap een koerswijziging beleefde. In Vrouwen nemen de tijd, dat in 1957 verscheen, is de luchtvaart opvallend afwezig, en ook in latere boeken hield hij zich met veel meer onderwerpen bezig dan in zijn eerdere werk, dat door zijn vliegerschap werd gedomineerd.

In 1969 trok het echtpaar door Zuid-Afrika, met een programma, bedoeld voor Nederlandse immigranten, dat bestond uit voordrachten door Mary Dresselhuys en Viruly's herinneringen aan de luchtvaart van vroeger. Hoewel minder sterk dan in latere jaren het geval zou zijn geweest, was er toch kritiek op deze tournee. Maar Viruly noemde het een "onderonsje voor Nederlanders", waartegen hijzelf geen politieke bezwaren zag en Mary Dresselhuys wees op het dictatoriaal geregeerde Spanje, dat zich in een groot aantal Nederlandse badgasten mocht verheugen.

Hoewel hij bleef schrijven, zei hij zelf in een interview in 1974 dat een schrijver eigenlijk zou moeten stoppen nadat hij de 50 is gepasseerd, net zoals een voetballer ophoudt als hij 32 is, omdat de betrokkenheid en inspiratie met het klimmen der jaren afneemt. Terugkijkend op de pionierstijd in de luchtvaart ervaart hij een grote afstand, alsof dit onderdeel is geworden van een mythologische oertijd. En de moderne luchtvaart kan hem al helemaal niet bekoren. Als het om vervoer gaat kiest hij waar het even kan voor zijn nieuwe passie, de scheepvaart.

Viruly werd in 1985 getroffen door een hersenbloeding, waarvan hij na enige tijd redelijk herstelde. Daarna volgde echter een tweede attaque, waarna hij een dermate ongelukkige val maakte dat hij in een ziekenhuis moest worden opgenomen. Daar overleed hij op 13 augustus 1986.

Reacties, commentaar, aanvullingen? Stuur een e-mail naar Leo Bakker!